We worden overstroomd met vluchtelingen. In de praktijk valt het natuurlijk nogal mee, maar ook in het ons naburige dorp is een groep van 200, voornamelijk Somalische vluchtelingen gearriveerd. In het plaatselijke krantje verscheen prompt een dringende oproep voor vrijwilligers, waaraan ik, als braaf burger die een bijdrage wil leveren aan verdraagzaamheid en integratie, gehoor heb gegeven. Het duurde twee weken voordat mijn mailtje werd beantwoord. Ik moest een soort cv invullen. Zo op het eerste gezicht lijk ik behoorlijk overgekwalificeerd. Vervolgens kreeg ik een (automatisch) antwoord van het Asiel Zoekers Centrum. Hartelijk dank en zo. We laten nog van ons horen en zo. Niks gehoord dus. Ondertussen zie ik de Asielzoekers hier met hun ziel onder de arm door het dorp struinen. Tegen de tijd dat onze bureaucraten mijn aanvraag in behandeling hebben genomen, zijn deze gasten hopelijk al lang gïntegreerd. Op eigen kracht. En hebben talloze instanties en ‘hulpverleners’ honderden miljoenen staatsgeld opgestreken. For doing bloody nothing. 23|11|2015