Terreur is van alle tijden. Zelf ben ik opgegroeid met de Rote Armee Fraktion, die in Duitsland de aanval had geopend op het grootkapitaal. De Palestijnen hadden het met hun Zwarte September gemunt op Israël. In Nederland hadden we de Molukse kapingen. In Italië hield de Brigate Rosse huis. En Ierland werd geteisterd door de ‘Troubles’, de voor buitenstaanders volstrekt onbegrijpelijke godsdienst oorlog tussen de katholieken en protestanten. De islamitische terreurgroep ISIS is dus niets nieuws, ware het niet dat deze groep een waar schrikbewind uitoefent op hun eigen bevolking en vooral hun eigen geloofsgenoten uitmoordt. Dat laatste is bijzonder, want hierdoor blijft hun terreur in principe op veilige afstand. Maar onder druk van de publieke verontwaardiging zijn we ons ermee gaan bemoeien en gooien we bommen. Daarmee zijn we partij geworden in dat conflict en kunnen we rekenen op aanslagen in onze eigen achtertuinen. Het lijkt mij een illusie om te geloven dat we het ISIS-tij kunnen keren. Na de Tweede Wereldoorlog heeft Westerse interventie nergens meer tot een oplossing geleid. Integendeel. Een burgeroorlog is van buitenaf niet te beïnvloeden. Ze zullen het daar zelf moeten doen. Helaas. Wij zouden ons moeten beperken tot een poging om ze hier buiten de deur te houden. En dat is al lastig genoeg.