Wat de boer niet kent dat vreet’ ie niet. Het culinaire leven in mijn deel van de Achterhoek is daarom van bedroevend niveau. De enige ‘exotische’ keuken die hier in de loop der jaren voet aan de grond heeft gekregen is de Chinees. Ik heb bewondering voor die Oosterlingen. Waar ter wereld je ook komt, zelfs in hier op het platteland, hebben ze zich ingevochten. Het zijn overlevers, die binnen de kortste keren de taal van hun omgeving spreken. Zo spreekt de complete Chinese bediening hier met een onversneden Achterhoeks accent. En ze kennen hun klanten. Vaak kom ik er niet, maar zodra ik een voet over de drempel zet herkennen ze me. Uit hun hoofd. “Voor u weer menuutje 72 met nassi, mijnheer?”. Ik vind dat onvoorstelbaar knap. 21|01|2013