Al tijden keek ik naar mijn instappers van Van Bommel. Dat ze ooit van suede waren was niet meer te zien. Weer of geen weer, ik had ze altijd aan. En onderhoud hadden ze sinds de aankoop, zo’n 10 jaar geleden, nooit meer gehad. Ze hebben me over de hele wereld gelopen. Van Manhatten tot Sri Lanka, van Dubai tot Shanghai, van Amsterdam tot Berkelland. Maar nu waren ze op. Bij de hiel was het leer zo microscopisch dun geworden dat je er met een vinger doorheen kon prikken. Beyond repair, zouden de Engelsen zeggen. Op die reactie was ik dus voorbereid toen ik de terminale patient op de balie legde van de plaatselijke Shoe Repair. Ik moest haar uit zien te leggen dat euthanasie geen optie was en dat ik perse een operatie wilde en belangrijker: dat deze operatie niet mocht mislukken. Halverwege mijn betoog onderbrak ze me. “Ik hoor het al. Uw favoriete schoenen. We kennen dat fenomeen, het komt vooral bij mannen voor. We gaan ze repareren. Donderdag zijn ze klaar.” Geen verdere vragen. Geen commentaar. Het is nu vrijdag en de Bommeltjes hangen weer tevreden aan de voeten van de baas. De ingreep was bijzonder heftig en kwam de looks niet helemaal ten goede, maar who cares? we kunnen weer duizenden kilometers verder.