In 1990 verhuisde ik naar Budapest, waar ik de laatste Russen nog heb zien vertrekken. Ze lieten het land compleet verwaarloosd achter. Groot was dan ook de opwinding toen de eerste McDonalds open ging, net om de hoek van mijn kantoor. Lange rijen stonden er voor de deur. Elke dag weer. En mijn Engelse collega en ik haalden er elke dag onze lunch, een heerlijk Big Mac menu. Colaatje erbij. Heerlijk. Toentertijd leefden we nog in een fijne wereld, waarin niemand ons had verteld werd dat dat ene blaadje sla niet voldoende was voor een gezonde voeding. Inmiddels weet ik beter. Toch, als ik trek heb en langs de McDonalds loop, word ik nog steeds als door een magneet naar binnen getrokken. Oude liefde roest niet. Heerlijk. 30|09|2015