Ik heb sinds mijn 18-de veel auto’s gereden, variërend van kever tot Jaguar, van Porsche tot Volvo en van BMW tot Barkas, van Jeep tot Renault, van Alfa tot Saab. Met sommige auto’s hen ik een band opgebouwd, met andere niet. Inmiddels ben ik iets rustiger geworden. Nog steeds vind ik autorijden heerlijk, maar de gekkigheid is er een beetje af. Wat zijn, achteraf, mijn favoriete auto’s geweest? Allereerst denk daarbij aan mijn Volvo 240 estate. Een (h)eerlijke, hoekige en superfunctionele auto. Veel plezier mee gehad. En mijn Nissan Patrol. Niemand vindt hem mooi. Ik wel. Ook al zo’n vierkant monster. Geen franje. Doet het altijd en overal. Met mijn zoon ben ik er vanuit de Achterhoek mee naar de Sahara gereden. Geen probleem. En dan mijn Jaguar. Hij raakt al in de jaren, maar ik geniet nog elke dag van z’n vorm en z’n superzuinige dieselmotor. Een kwart miljoen kilometers staan er nu op de teller, we zijn dus al behoorlijk aan elkaar gewend. En als het aan mij ligt, worden we samen oud. 14|10|2014